Twente bestond vroeger door de arbeid van jagen en verzamelen. Deze bewoners leefden van rendieren, vissen, eetbare planten, zaden en bessen die hier allemaal in de omgeving te vinden waren. Hiervoor hadden ze de juiste gereedschappen nodig, waarvan nog wat bewaard is gebleven. Denk aan speren, pijlpunten en bijlen. Deze zijn tegenwoordig tentoongesteld in het keldergewelf van ‘De Oosterhof’ in Rijssen. Rond het jaar 2000 voor Christus leerde men hoe je brons kunt bewerken, tot bijvoorbeeld een bijl. Na een tijd, ongeveer 1000 jaar v. Chr., werd het brons vervangen door ijzer.
In het keldergewelf zijn er ook uit die tijd, ook wel de ‘Midden IJzertijd’ (ongeveer 400 v. Chr.), vondsten te bezichtigen, zoals twee klokbekers uit de Klokbekercultuur.